Covid kerst

Covid kerst

Op eerste kerstdag 2020 gaan we, vanwege covid, niet samen met de kinderen en kleinkinderen eten. Na onze eenvoudige brunch bestaande uit, drie witbroodjes met kaas of vleeswaren, twee gekookte eieren, een glas versgeperste sinaasappelsap en een beker thee, besluiten we een stukje te gaan wandelen. In de directe omgeving hebben we alles platgelopen of is het nu een grote modderpoel door de vele regen. Ellie, mijn vrouw, heeft een idee voor de broodnodige afwisseling. We rijden vanaf onze woning in Breezand, richting Ewijcksluis. Daar steken we het Balgkanaal over richting Den Oever. Vlak na de brug is er een vogelkijkpunt op de Amsteldijk. Daar gaan we heen om naar het wad te kijken. Boven Texel hangt een bui die onze kant op komt. Op het wad lopen twee mensen met een hond richting de dijk. We schatten dat ze die voor de bui bereiken. Een auto van natuurbeheer rijdt de helling op naar de top van de dijk. Een man stapt uit de auto en neemt foto’s van het wad. We lopen naar hem toe om te zien wat hij kennelijk ziet. We zijn niet nieuwsgierig, maar willen wel alles weten. De bui komt heel dichtbij. We komen bij de natuurman en vragen wat hij ziet.
“Die mensen die daar met hun hond lopen, mogen daar niet komen,” legt hij uit.
We kijken naar het bord bij het, afgesloten, hek waar hij voor staat.
“Verboden toegang vogelrustgebied,” staat er op.
Hoe moeilijk is het om te doen wat er gezegd wordt, vragen wij ons af.
We voelen de eerste druppels en lopen snel naar de auto. De harde wind die er al staat wordt opgefokt door de bui. We overleggen in de auto wat we nu gaan doen.
“Naar het Lutjestrand, want daar ben ik nog nooit geweest,” oppert Ellie.
“Raar is dat, we wonen nu veertig jaar hier in de buurt en we zijn daar inderdaad nog nooit geweest,” beaam ik.
We rijden de weg langs de Amsteldijk over. Vijf minuten later arriveren we op het parkeerterrein bij de toeristische attractie. Er staat één auto waar een jonge vrouw in zit.  We rijden er voorbij en stoppen bij het einde van het parkeerterrein. We weten van elkaar dat we de auto met de vrouw gezien hebben en denken hetzelfde.
“Die staat te wachten op haar mede ‘vreemdganger,’” stelt Ellie stellig vast.
Ik beaam dat.

 

We besluiten naar de, vlakbij gelegen, camping Zeezicht te gaan. We rijden in de regen een klein parkeerterrein op. Hier staat ook één auto geparkeerd waar twee mensen in zitten. Wij parkeren ook om te wachten tot de bui over is.

We speculeren over wat de mensen in de andere auto doen.
“Dat is de andere vreemdgaande. Ze hebben niet goed afgesproken op welk parkeerterrein ze elkaar ontmoeten.”
“Het zijn er twee,” wijst Ellie mij terecht.
“Een triootje is ook leuk,” probeer ik nog.
De bui is voorbij. We stappen uit de auto om een stukje de dijk op te lopen. Achter ons komen de twee vrouwen uit de auto aanlopen. Wij keren verderop om en gaan weer richting de auto. We passeren elkaar op gepaste afstand.
“Jullie hebben ook de bui afgewacht,” zegt een van de vrouwen lachend.
Het vreemdgaan verhaal houd ik voor me. Na dit leuke en vluchtige contact gaan we verkleumd door de kou en harde wind naar de auto voor een beker warme chocolademelk en een stuk gevulde speculaas.

Wil je de eerste van je vrienden zijn die dit deelt?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *