Wandelingen in de koelte
30-07-2019
In de koelte van de ochtend ga ik een rondje lopen in ons dorp. Spectaculaire gebeurtenissen verwacht ik niet. Wat ik wel krijg zijn grappige, simpele voorvallen die mij gelukkig maken. Eerst kom ik mensen van de gemeentelijke groenvoorziening tegen. Hun busje staat op de straat. Ik loop richting de rechterkant van het busje. Vanaf de linkerkant komt een man, met een vuisthamer in zijn hand, mijn richting oplopen.
“Je hebt toch geen snode plannen,” zeg ik tegen hem.
“Nee hoor, ik doe geen vlieg kwaad.”
Ik passeer de auto. Er komt een man met een hooivork in zijn handen achter de auto vandaan.
“O, jee, daar heb je er nog een,” zeg ik.
“Geen paniek, ik doe ook geen vlieg kwaad.”
Ik loop door en ik zie een auto vanaf een erf in mijn richting komen. Zijn vrouw staat hem op het erf uit te zwaaien. De auto rijdt weg en de vrouw stapt de straat op waar ik wandel. Ik loop door.
Ze kijkt naar me en zegt: “Ik sta alleen mijn man uit te zwaaien.”
“Jammer,” roep ik al doorlopend.
Ze begint nu naar mij te zwaaien.
“Waar zijn de gladiolen?” vraag ik, wanneer ik bij haar ben.
“Ben je al bij de finish dan.”
“Jazeker, dit is de via Gladiola?”
“Dat wist ik niet, de volgende keer zal ik er om denken.”
“Top.”
Geen moment heb ik mijn wandeling hoeven onderbroken.
01-08-2019
Aan het einde van de wandeling kom ik langs de lagere school van ons dorp. Het is er rustig omdat de grote vakantie is begonnen. De kindercrèche is nog wel in bedrijf. Het terrein van de school is omringd door een hek. Aan de kant van de school staan achter het gaas struiken. Ik loop langs de afscheiding richting huis. Drie meisjes en een jongen van ongeveer drie jaar staan te kijken en te roepen naar iets in de struiken. Ik stop om te kijken wat er te zien is. Het is een libelle die op een blad zit. Een lobello roepen de kinderen door elkaar heen.
“Nee,” zeg ik, “het is een libelle.”
“Een libello,” roept een van de bijdehandjes.
De groep valt haar opgewonden bij.
“Het is een libelle, vraag maar aan de juf,” onderwijs ik.
Het is even stil en dan roepen ze: “Een libelle.”
“Precies.”
Het nieuwtje is er van af, gillend rennen ze weg, op zoek naar andere avonturen. Ik loop tevreden door.